Wij voelen geen haat tegen Palestijnen
Door Mark Wallet van Reformatorisch Dagblad dd 23 januari 2009
[Red. FAQ-online: Uit respect voor de rabbijn hebben wij van “Brodman” “Rabbi Brodman” gemaakt. Zowel voor de Joodse gemeenschap in NL als in Israel is de rabbijn erg belangrijk. Daarom willen wij hem ook zo omschrijven.]De in Rotterdam geboren en getogen rabbijn David Brodman kon wel huilen toen hij de beelden zag van de pro-Hamasdemonstratie in Amsterdam waarin ook SP-Kamerlid Van Bommel meeliep. „Laat ik je eens wat vertellen: er is geen volk ter wereld dat meer dronken is van de roes van vrede dan Israël.”
De internetencyclopedie Wikipedia typeert hem als “vredesactivist”. Rabbijn Brodman lacht op de vraag of hij zich in deze omschrijving herkent. „Ja, dat kun je zo noemen”, zegt de 72-jarige rabbijn dan. „De vrede is mij een lief ding. Ik wil daar heel ver voor gaan.”
Rabbi Brodman is actief in een overlegorgaan van Joden, moslims en christenen: de Raad van Religieuze Instellingen in het Heilige Land. Via deze organisatie voerde hij gesprekken met mensen als de Palestijnse president Abbas, de Egyptische president Mubarak en de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken, Rice. Vredesbesprekingen vergen een lange adem, merkte Rabbi Brodman. Na een teleurstellende ervaring tijdens een conferentie in Alexandrië in 2002 gooide Rabbi Brodman bijna de handdoek in de ring. „Ik zag het nut er niet meer van in. We hadden dagenlang van hart tot hart gesproken en toen het tot een akkoord moest komen, werd de tekst van Palestijnse zijde toch weer herroepen. De opperrabbijn van Jeruzalem zei toen echter tegen me: „Als we één mens door de besprekingen kunnen redden, is het de moeite waard.” Let wel: hij zei één mens, niet één Jood. Dat heb ik altijd vastgehouden en met die gedachte ga ik ook door.”
Denkt u dat de laatste oorlog de vrede dichterbij heeft gebracht?
„Twee jaar geleden hebben we oorlog gevoerd in Libanon en nu is het rustig bij de grens, voor zover ik weet. We zijn in Beiroet geweest en hebben daar een beetje schoongemaakt. Dat is soms nodig.
Voor de oorlog in Gaza geldt hetzelfde. Vergeet niet dat er dagelijks dertig, vijftig, soms nog meer raketten op Israël werden afgevuurd. Dat gebeurde al acht jaar lang. We hebben al die jaren gewaarschuwd. De Israëli’s keken al lange tijd naar de regering: Is het niet eens tijd om in te grijpen?”
Er is veel kritiek vanwege de vele burgerslachtoffers.
„Ik betreur elke onschuldige dode, en vele Israëli’s met mij. Het is echter wel oorlog en ook het Israëlische leger maakt fouten. Maar wat ik wil onderstrepen is dat we geen haat koesteren tegen de Palestijnen. In de synagoge bid ik nooit om vernietiging van het Palestijnse volk, ook niet van de Hamasstrijders. Wel bid ik om hun verandering en inkeer. Ik zou te ver gaan als ik zeg dat ik liefde voel voor mensen die op de daken stonden te juichen toen er vliegtuigen in de Twin Towers in New York vlogen. Maar haat, nee. Laat ik je eens wat vertellen: er is geen volk ter wereld dat meer dronken is van de roes van vrede dan Israël.”
Verbaast de slechte pers van Israël in het Westen u?
„Elke dag worden er beelden uitgezonden van de verwoestingen in Gaza. Die zijn ook indringend. Maar ik begrijp niet dat de wereld niet ziet dat we al acht jaar lang raketten hebben verdragen en dat het op een gegeven moment tijd wordt om in te grijpen. Ik kon werkelijk wel huilen toen ik de beelden zag van de pro-Hamasdemonstratie in Amsterdam, waaraan ook Van Bommel van de SP deelnam. Wie dingen roept over intifada, stelt zich op één lijn met president Ahmadinejad van Iran. Ik begrijp werkelijk niet dat een Nederlandse parlementariër dat in zijn hoofd haalt. Waar komt die haat vandaan? Ik kan het niet vatten.”
Wat verwacht u van de nieuwe Amerikaanse president?
„Obama zegt andere oplossingen te willen zoeken voor het probleem van terrorisme dan zijn voorganger. Geen oorlogen als in Irak en Afghanistan meer. Maar het islamitische extremisme is wel degelijk een enorm probleem. Als je zegt: „We willen geen oorlog meer”, akkoord, maar wat is het alternatief? Daar ben ik erg nieuwsgierig naar.”
Gelooft u dat gesprek verder kan brengen?
„Zolang er geen open gesprek is, zal er geen vrede zijn. Ik heb zeer veel goede contacten met Arabieren. Ik heb het met hen ook in alle openheid over Koranpassages gehad die moeilijk vredelievend genoemd kunnen worden. Ik weet dat veel moslims die lezen in de context van de tijd van het ontstaan van de Koran. Zolang die passages echter ook gewoon in moskees voorgelezen worden, zonder kritische interpretatie, houd ik mijn hart vast.”
Hoe hoopvol bent u eigenlijk?
„Ik geloof in de beloften die God ons in de Thora heeft gegeven. Dat stemt mij hoopvol. Tot de komst van de Messias zullen we echter genoegen moeten nemen met tijdelijke vrede. Volgens de leer van de islam is een duurzame vrede in het Midden-Oosten ook geen optie. Maar dan denk ik: „Ook goed, ik ben blij met iedere dag vrede.”
Wat verwacht u van de komende Israëlische verkiezingen?
„De laatste jaren hebben we niet zo veel vertrouwen in de politiek gehad. Ik betreur het dat Israëlische politici de Naam van God ook niet meer op hun lippen nemen. Obama zei bij zijn inauguratie: Met Gods hulp. Dat schept direct een heel andere sfeer. Politiek speelt een belangrijke rol in Israël, maar is ook erg versnipperd. De religieuze partijtjes, inclusief Shas, zijn samen goed voor 30 procent van de stemmen. Daarom kunnen de grote partijen volgens mij ook nu niet om de religieuze partijen heen bij een coalitievorming.
Ik ben over het algemeen hoopvol dat we een beter sociaal beleid krijgen. Over de noodzaak daarvan zijn alle partijen het eens.”