Van Paleo Hebreeuws naar Modern Ivriet
Geschreven door Dayan mr. Drs. R. Evers
Wat zijn de voordelen van de Hebreeuwse taal? Is het Hebreeuws inderdaad een heilige taal? Hebreeuws was de taal, die G-d gebruikte om tot de mensen te spreken. Wanneer G-d een taal uitkiest is dat een teken dat dit de meest verheven vorm van taal is.
Adam was de eerste die deze taal sprak. Noach beheerste hem ook en gaf hem door aan Ever. Het Hebreeuws wordt naar Ever genoemd, Ivriet. Na de Babylonische spraakverwarring bleef Ever het Hebreeuws spreken. Ook Avraham sprak het Hebreeuws als heilige taal. Het Aramees was voor hem de spreektaal omdat hij uit Oer van de Chaldeeën kwam. Jisjma’eel, de zoon van Avraham, bracht de heilige taal naar de Arabische volkeren. Zo is het gekomen dat het Hebreeuws, Arabisch en Aramees in een aantal opzichten op elkaar lijken.
Het verschil tussen het moderne en het klassieke Hebreeuws is groot. Israël heeft een enorme impuls gegeven voor de revival van onze eeuwenoude taal. Voor de traditionele Joden was het Hebreeuws altijd levend gebleven. Maar voor de periferie is het Hebreeuws de afgelopen 150 jaar op de achtergrond geraakt als gevolg van emancipatie en assimilatie. Omstreeks het begin van de jaartelling werd er ook in Israël overigens nauwelijks meer Hebreeuws gesproken. De voertaal was toen Aramees.
Taalstand in Israël
In het huidige Israël zijn wij weer terug bij af. Maar is dat wel zo? Dat het moderne Ivriet gelijk staat aan ons traditionele Bijbelse Hebreeuws is volgens professor Gilad Zuckermann een fabeltje. Grammatica en woordenschat werden totaal veranderd door Eliëzer ben Jehoeda, de grondlegger van het moderne Hebreeuws. Hij weigerde een andere taal te spreken dan Ivriet. Toen hij zijn vrouw op Jiddisje slaapliedjes betrapte, was het huis te klein. De Bijbeltaal werd uit achttien eeuwen coma wakker geschud. Eliezer bedacht allerlei nieuwe woorden voor de moderne maatschappij.
Volgens Zuckermann spreken de Israëli’s geen profetische taal. Hij noemt het Ivriet Israëlisch en geen Hebreeuws. Hij vindt het zelfs geen Semitische taal. Een groot deel van de woordenschat is misschien wel ontleend aan het vroegere Hebreeuws maar de grammatica is volgens Zuckermann meer Jiddisj, Pools of Russisch.
Taalstand in het Westen
Terug naar het Europese getto. De religie verving alles wat in een andere nationale gemeenschap de volksgenoten met elkaar verbindt. Met de Verlichting werd de eenheid van de Joodse groep aangetast. We kregen burgerrechten maar moesten onze nationale zelfstandigheid, autonomie en eigen rechtspraak opgeven. Eigenlijk was het opgaan in een grotere wereld een soort nationale zelfmoord.
Assimilatie van een taal
Hetzelfde geldt voor de assimilatie van de Joodse taal. Verschraling, verarming, verdwijning was haar Westers lot. Grotere bekendheid met het Hebreeuws is een ontwikkeling die ik zonder meer toejuich maar het Hebreeuws is voor ons toch iets anders dan voor de gemiddelde taalwetenschapper. Voor de Jood is het Hebreeuws de taal, waarin hij of zij zijn religieuze gevoelens verwoordt, het is de taal van de nationale saamhorigheid, een heilige taal, die in vrijwel ieder woord veel meer uitdrukt dan een wetenschappelijk zuivere vertaling kan weergeven.
Doel en middel
Is Hebreeuws voor een religieus mens anders dan voor een wetenschapper? Voor de Jood is het Hebreeuws slechts een middel – een heilig middel – om tot de essentie van het Jodendom te komen. Voor de taalwetenschapper is de bestudering van de heilige taal een doel op zich, waarin de diepe religieuze rijkdom van het Hebreeuws veelal niet aan bod komt.
Klassiek en modern Ivriet
Wat is het verschil tussen klassiek en modern Hebreeuws? Uit de verschillende perioden in de Joodse geschiedenis zijn verschillende varianten van het Hebreeuws tot ons gekomen, Tenach-Hebreeuws, Misjna-Hebreeuws, het Hebreeuws van de grote middeleeuwse dichters, zoals vastgelegd in de pijoetiem (liturgische feestgedichten) en het middeleeuwse Ivriet van de klassieke filosofen als de Koezari.
Verschillende uitspraken
Veel minder bekend is echter, dat het Hebreeuws ook zeer veel verschillende uitspraken kent. Een oude traditie vermeldt, dat ieder van de 12 stammen oorspronkelijk een eigen uitspraak had, een feit, waarvoor enig bewijs te vinden is in de historie van Tenach. Hebreeuws was een levende taal. Leven veronderstelt verandering. Binnen de niet-Samaritaanse uitspraken onderscheiden we het Sefardisch, de Asjkenazische uitspraak en de Jemenitische.
Binnen het Asjkenazisch bestaan weer verschillen tussen de Westerse en Oosterse varianten, verschillen die wij ook binnen de Sefardische uitspraak aantreffen. Neem het Hebreeuwse woord voor wereld: in het modern-Hebreeuws is dit OLAM. In het voor-oorlogse Frankfurt werd dit uitgesproken als OULOM. In Amsterdam werd en wordt dit uitgesproken als NGOULOM, omdat de Amsterdamse Joden – wellicht in navolging van de Sefardische opvatting – de letter ajin als ngajin uitspreken. Maar in Polen werd dit zelfde woord als OILEM uitgesproken, omdat de o-klank als OI gold en de laatste lettergreep veel minder nadruk had dan in onze uitspraak. Binnen dit kader mag ook de Litouwse uitspraak niet onvermeld blijven: zij spreken de o-klank als é uit: ELEM, een uitspraak, die tegenwoordig nog bij o.a. de Lubawitscher Chassidiem in zwang is.
Rechts: ketav ivrie
Links: ketav asjoerie
Maar niet alleen de klinkers, ook de medeklinkers verschillen qua uitspraak. Zo zeggen de Portugese Joden aan het einde van de Sjabbat SABOEANG TOB (een goede week), terwijl men in Israël gewoon SJAWOE’A TOV zegt.
Verschillen in uitspraak lijken voor de buitenstaander wellicht slechts interessant, voor de inner crowd hebben deze verschillen veel scherpere kanten, soms zelfs politieke implicaties. Ik herinner mij een merkwaardig spotprentje uit de dertiger jaren van de vorige eeuw, toen de strijd tussen de Zionisten en anti-Zionisten in Nederland hoog opliep. De Zionisten propageerden uiteraard de bekende modern Israëlische uitspraak, ook in het onderwijs, hetgeen op sterk verzet van het niet-Zionistische bevolkingsdeel stuitte. In de Vrijdagavond, een vooroorlogs Joods weekblad, verscheen toen een plaatje van een man, die in de Amstel zat te vissen en net beet had. In vervoering riep hij “BEET”, waarop een duidelijk orthodoxe voorbijganger hem toebeet: “Nee, BEIS”.
Alle uitspraken even geldig
Zijn alle uitspraken even traditioneel en geldig? Het Jodendom leeft bij gratie van zijn traditie en de vraag is, hoe deze verschillende uitspraken zijn ontstaan. De meest brandende vraag luidt: welke uitspraak is de juiste? Het verlossende woord in deze werd gesproken door Reb Mosjé Feinstein (20e eeuw, New York), een leidende halachist uit New York.
Rav Feinstein begint met de opmerking, dat het waarschijnlijk is, dat alle Joden, toen zij nog allen in Israël woonden ten tijde van de eerste Tempel (omstreeks 1000-500 v.d.g.j.), dezelfde uitspraak hadden. Nadat de Joden over alle landen van de wereld waren verspreid, ontstonden door verschillen in intonatie en tongval verschillen in uitspraak, wat een opmerkelijke en gedurfde uitspraak is voor een traditionele poseek (decisor, beslisser van de Joodse wet) als Rav M. Feinstein.
Zijn hoofdvraag luidt of de vele verschillende uitspraken, waarvan noodzakelijkerwijs slechts één de juiste is, allen nog onder het hoofdje `traditioneel’ kunnen vallen. En zijn antwoord op de vraag is al even opmerkelijk: “Iedere erkende en vaste uitspraak, die binnen een bepaalde groepering geaccepteerd is, heet traditioneel”.
Deze benadering heeft binnen het orthodoxe Jodendom verstrekkende consequenties. Het Jodendom leeft bij gratie van zijn traditie. Dit impliceert, dat iedere groepering blijft vasthouden aan zijn eigen traditionele uitspraak. Betekent dit nu ook, dat ik als Asjkenazische Jood mijn plicht om iedere Sjabbat de wekelijkse Tora-afdeling te horen voorlezen ook kan vervullen door naar een Sefardische voorlezer te luisteren? Uit de beslissing van Rav M. Feinstein moge blijken dat dit mogelijk is, indien de voorlezer een legitieme uitspraak volgt.
Relatieve voordelen van uitspraken
Zijn er dan toch niet betere en minder goede uitspraken? De vraag naar de meest juiste uitspraak speelde ook in vroeger eeuwen. Verschillende auteurs verklaren de Sefardische uitspraak superieur, omdat het Joodse wetboek Sjoelchan Aroech (53:12) ervoor waarschuwt, dat iemand, die geen verschil maakt tussen en alef en en ajin niet mag voorgaan in het gebed.
Niettemin wijst R. Awraham Löwenstamm, Rabbijn te Emden omstreeks 1800, er op, dat ook de Asjkenazische uitspraak zijn voordelen heeft, omdat het duidelijker onderscheidt tussen A- en O-klanken en tussen medeklinkers met een punt erin, die hard worden uitgesproken en die zonder punt, die zacht worden uitgesproken.
Hij verzet zich dan ook tegen de aanname van de Sefardisch uitspraak in Asjkenazische gemeenten. Hij onderbouwt zijn betoog tevens met het argument, dat het voor iemand, die in het Asjkenazisch is opgevoed vrijwel onmogelijk is om de Sefardische uitspraak goed onder de knie te krijgen. Als Asjkenaziem de Sefardische uitspraak zouden overnemen zou het resultaat noch vis noch vlees zijn. Dit is zeker ongewenst. Het verzet tegen het Sefardiet kreeg in het begin van de 19e eeuw een nog scherpere dimensie, toen de Reform-beweging een duidelijke voorkeur voor de Sefardische uitspraak aan de dag legde.
In de responsaliteratuur wordt nog gewezen op de attitude van Rabbi Nathan Adler (1741 – 1800) uit Frankfort, die beschouwd werd als één van der grootste halachisten uit zijn tijd. Rav Adler stapte op een goed moment van Asjkenazisch over op Sefardisch. Maar hij was de enige in Frankfort, die dit deed, terwijl alle andere groten uit die tijd de Asjkenazische uitspraak bleven volgen. Bovendien wijst één van de leerlingen van Rav N. Adler op het feit, dat Rav Adler gedurende 2 tot 3 jaar een Sefardische leraar in huis had, die hem de juiste uitspraak bijbracht.
Assimilatie van het Hebreeuws
Kenmerk van al het leven is verandering. Ook het Hebreeuws is geassimileerd en heeft een grote gedaanteverwisseling ondergaan. Zelfs de vraag naar de juiste uitspraak is ook in onze tijd nog steeds actueel. Wat is de status van de moderne Israëlische uitspraak? Zuiver traditioneel is deze zeker niet. Dat het geen Asjkenaziet is, moge duidelijk zijn. Maar Sefardisch is het ook niet. Je ziet een tweespalt tussen religieus Ivriet en spreektaal Ivriet. Sommige Joden in Israël spreken de gebedsteksten uit in het Asjkenazisch of Sefardisch, terwijl zij op straat gewoon Ivriet spreken.
Logische en informatieve taal
Hebreeuws is de meest logische en informatierijke taal. Het is de hoogste vorm van taal. Als ik in het Hebreeuws ‘viechoeneka’ zeg, dan heb ik daar in het Vlaams zes woorden voor nodig: ”En moge Hij u welgezind zijn.” Alleen daarom is het Hebreeuws al bijzonder.
Ketav ivrie en ketav asjoerie
Er bestaan twee Hebreeuwse schrijfwijzen: het ketav ivrie en het ketav asjoeri, het Assyrische kwadraatschrift, waarmee onze Sifree Tora worden geschreven. Als het waar is dat de Tien Geboden op de Stenen Tafelen geschreven waren in een ander schrift dan wij nu kennen, zou dit betekenen, dat het officiële Tora-schrift, dat wij nu hebben, van vreemde oorsprong is. Dit is vrijwel onmogelijk om zeer veel uiteenlopende redenen. Hoogstwaarschijnlijk heeft ketav asjoeri altijd bestaan maar werd het uitsluitend of hoofdzakelijk voor heilige doelen gebruikt. Ketav ivri werd voor profane doeleinden gebruikt, zoals voor opschriften op munten. Bij opgravingen wordt dus altijd ketav ivrie gevonden. Maar dat betekent niet, dat ketav asjoeri niet van oorsprong G’ddelijk schrift was. Het kan zijn, dat het ketav asjoeri gedurende een bepaalde periode vergeten was en later opnieuw uitgevonden werd door Ezra, de sofeer (schrijver).
©Dayan mr. drs. R. Evers