Kent het Jodendom eerwraak?
Geschreven door Dayan mr. drs. R. Evers
Leest u eerst Bereesjiet/Genesis hoofdstuk 34.
Bij de aanranding van Dina door Sjechem en de daaropvolgende wraakactie van Sjimon en Levi lijkt er sprake te zijn van eerwraak. Maar is dat wel zo? Wat was er gebeurd?
Er waren wat meisjes die muziek maakten in de buurt. Ja’akov zat te `lernen’ en merkte niet dat Dina het spektakel ging bekijken. Toen Sjechem Dina in het vizier kreeg, begeerde en verkrachtte hij haar en probeerde haar er van te overtuigen dat zij bij hem moest blijven. Ja’akov stuurde mensen om Dina te bevrijden. Sjechem kreeg spijt dat hij Dina gekidnapt had. Sjechems vader Chamor werd erop af gestuurd om te onderhandelen over een huwelijk.
Chamor kwam bij Ja’akov om met hem te spreken. Ja’akov zweeg tot zijn zoons van het veld kwamen. Ja’akovs jongens waren bijzonder boos. Er was schande gedaan aan Israël. Zoiets had niet mogen gebeuren. Chamor kwam met een voorstel: ”Sjechem, mijn zoon, verlangt naar uw dochter. Als u familie wordt van ons, zullen wij onze dochters aan u geven en u zult uw dochters aan ons geven. U kunt wonen in ons land. Wat de prijs ook is, ik zal het u geven.”
Met name Sjimon en Levi waren bijzonder kwaad. Op kidnapping staat doodstraf volgens de Noachidische wetten. Sjimon en Levi konden de ontering niet verdragen: ”We kunnen niet ingaan op dit voorstel onze zuster te geven aan een man die nog een voorhuid heeft. Dat is een schande voor ons. Maar we willen u wel ter wille zijn als u alles wat mannelijk is laat besnijden.”
De inwoners van Sjechem besneden zichzelf. Maar ze hadden de prins voor kidnapping van Dina voor de rechter moeten slepen. Ze overtraden hiermee het zevende Noachidische gebod van het instellen van een rechtssysteem. Bovendien waren ze nog steeds afgodendienaren. Meer dan 600 volwassenen en 200 kinderen werden besneden enkel om Ja’akovs bezit te bemachtigen. Toch waren er inwoners die het niet eens waren met Sjechems voorstel.
Uiteindelijk kregen alle inwoners spijt van hun besnijdenis en beloofden de dissidenten dat ze Ja’akov zouden aanvallen, zodra ze hersteld waren. Dina stelde Ja’akov via een boodschapper op de hoogte van deze moorddadige plannen. De nog jonge Sjimon en Levi vielen op de derde dag van de besnijdenis aan. Iedereen was zwak. Twintig man konden vluchten en alarmeerden de andere Kena’anitische koningen, die een enorm leger op de been zetten om Ja’akov en zijn kinderen aan te vallen en een lesje te leren.
Ja’akov maakte Sjimon en Levi een ernstig verwijt. Hij besefte dat de Kena’anieten, die wel wisten dat het land was toegezegd aan de afstammelingen van Avraham, zich nu plotseling realiseerden dat er een begin was gemaakt met de verovering van het land. Ja’akov was bang dat de Kena’anieten alles zouden doen om hem te elimineren. Sjimon en Levi bleven volhouden dat zij het recht hadden doen zegevieren. Anders zou men denken dat de Joodse meisjes gemakkelijke prooien waren.
Jehoeda verdedigde Sjimon en Levi en sprak iedereen moed in. Zij stuurden boodschappers naar Jitschak dat hij voor hen zou davvenen. De hele familie en alle dienaren maakten zich gereed voor een oorlog.
Uiteindelijk dropen de vijanden af. Ja’akov was op het nippertje gered.
Eerwraak?
Maar was hier sprake van eerwraak? Ik denk van niet. Ja’akov hekelt het gedrag van Sjimon en Levi. Maar volgens het (ook toen geldende) Noachidisch recht waren de inwoners van Sjechem zeer verkeerd bezig. Zij waren afgodendienaren. Afgodendienst was ten strengste verboden. Verder handhaafden zij het recht niet doordat zij Sjechem met zijn kidnapping en verkrachting maar zijn gang lieten gaan. Het niet handhaven van de rechtsorde geldt binnen de Noachidische wetten ook als een doodzonde voor alle betrokkenen.
Geen wraak
Allereerst was hier sprake van een `preemptive strike’, een verdedigingsaanval. De inwoners van Sjechem wilden Ja’akov en zijn familie doden voor hun voorstel iedereen te laten besnijden. Er bestaat een recht op zelfverdediging, ook in het geval van een `preemptive strike’, een verdedigingsaanval.
Van eerwraak is alleen sprake als een familie de verloren eer wil herstellen na een fysiek misdrijf, zoals verkrachting van Dina, door de veroorzaker van de schande te doden. Maar hier werd de hele stad veroordeeld om andere zaken (afgoderij, en het niet veroordelen van kidnapping en verkrachting, zaken waarop volgens het Noachidische recht de doodstraf op staat). Het ging niet alleen om Sjechem, de pleger van de wandaad. Sjechem was de trigger maar niet meer dan dat.
Het besluit eerwraak te plegen valt alleen als er geen andere oplossing is, zoals een huwelijk. Hier was een huwelijk in principe mogelijk.
Een man kan in principe niet op eigen houtje besluiten eerwraak te plegen; het is een kwestie van de hele familie of de stam. In ons geval was er geen sprake van dat de familie accoord was. Ja’akov heeft duidelijk laten blijken niet geporteerd te zijn van hun daden. Later in Bereesjiet/Genesis 49: 7 vervloekt hij zelfs hun woedende aanval.
©Dayan mr. drs. R. Evers