Racisme en Jodendom
Geschreven door Dayan mr. drs. R. Evers
Bestaan er verschillende voorbeelden uit de Tora waaruit blijkt dat racisme verboden is?
Toch willen wij onze eigen identiteit handhaven. Hoe doen wij dit?
Kunnen kinderen wel racistisch zijn?
Waarom zijn mensen gewoon gelijk hoewel ze lichamelijk van elkaar verschillen?
Wat betekent de uitdrukking: “Wat jij niet wil dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet?”
Kunnen we een onderscheid maken tussen “verschillen zien” en discrimineren?
Hoe kan het zijn dat iemand wel graag Chinees eet maar verder Chinezen discrimineert?
Lijdt een racist aan een minderwaardigheidsgevoel of aan een meerderwaardigheidsgevoel?
Hoe verbinden we de neiging om nieuwe dingen te wantrouwen met het verbod uit de Tora om te roddelen?
Zou racisme kunnen bestaan zonder dat mensen over elkaar roddelen? Waarom is het zo gevaarlijk wanneer mensen over de Joden beweren, dat ze rijk zijn, de media beheersen of een greep naar de macht proberen te doen?
Is racisme meestal gebaseerd op angst, dat de allochtonen de rijkdom van de Europeanen wegnemen?
Zijn Joden allochtonen of autochtonen?
Hoe kun je racisme afleren?
Komt racisme ook voor bij dieren?
Dit waren enkele vragen, die op mij afkwamen toen de vraag naar de Joodse opvatting over racisme gesteld werd. Maar wat is racisme eigenlijk? Ik heb even gegoogled: “In de meest algemene zin betekent racisme dat leden van een bepaald ras zich inherent superieur achten aan leden van een ander ras. Hoewel de term racisme meestal een negatieve lading heeft en wordt gebruikt in verband met rasgebonden vooroordeel, geweld, discriminatie of onderdrukking, zijn er ook andere omschrijvingen mogelijk. Volgens de Conventies van de Verenigde Naties betekent raciale discriminatie “elk onderscheid, uitsluiting, beperking of voorkeur gebaseerd op ras, huidskleur, afstamming, of nationale of etnische oorsprong die het doel of effect heeft van opheffing of aantasting van erkenning, genieting of uitoefening, op basis van gelijkwaardigheid, van mensenrechten, en fundamentele vrijheden in het politieke, economische, sociale, culturele of enig ander veld van het openbare leven”, aldus Wikipedia.
Bestaan er verschillende voorbeelden uit de Tora waaruit blijkt dat racisme verboden is? De Tora gaat niet direct en duidelijk op dit onderwerp in omdat dit niet werkelijk van religieus belang is. Maar uit verschillende regels kan men overduidelijk opmaken dat de Tora kleurenblind is en geen onderscheid maakt naar kleur of achtergrond. Dit zien we onder andere in het gioer-proces, wanneer een niet Jood Joods wil worden. Dan vraagt het Beet Dien, het Joodse gerechtshof niet naar ras, huidskleur, afstamming, of nationale, religieuze of etnische oorsprong. Iedere serieuze kandidaat wordt in principe aanvaard. De Joden zelf zijn ook geen homogene groep kwa ras, huidskleur, afstamming, of nationale of etnische oorsprong. Er bestaan zwarte Joden, witte Joden en gele Joden met veel verschillende afstammingen en oorsprongen. Regelmatig wordt verder in de Tora de regel gesteld, dat `er een en dezelfde wet voor iedereen geldt, voor de geer, de proseliet, de vreemdeling en de burger’. Racisme, dat leidt tot een verschillende juridische behandeling, is dus geen optie in het Jodendom. Wat betekent de uitdrukking: “Wat jij niet wil dat jou geschiedt, doe dat ook een ander niet”?
Niemand wilt beroddeld en besproken worden in negatieve zin. Tegen het Joodse volk werd en wordt doorlopend gehetzt en geroddeld. Joden worden van de meest waanzinnige complotten beticht en van de meest gruwelijke en slechte eigenschappen beschuldigd. Wij weten als geen ander wat racisme is in zijn meest gruwelijke uitingen. De Tora is hier duidelijk in: “Ga niet als overbrenger van lasterpraatjes onder je volksgenoten rond” (Vajikra/ Lev.19:16).
Dit is het verbod van ‘lasjon hara’ en ‘rechiloet’. Dat is nu exact wat racisten doen. Lasjon hara is een kwetsende opmerking. Rechiloet betekent `het rondgaan als een marskramer en bij iedereen de (negatieve) praatjes over een ander neerleggen’. Zoals een venter van deur tot deur gaat om zijn koopwaar te slijten, zo gaat ook dagelijks geroddel van persoon tot persoon met achterlating van vernederende informatie over anderen. Lasjon hara en rechiloet zijn beide verboden, zelfs wanneer ze waar zijn.
Letterlijk levensvernietigend
De Chafeets Chaim (20e eeuw, Polen) liet zien hoe slecht en verderfelijk kwaadspreken is en dat dit in letterlijke zin het leven uiteindelijk kan vernietigen. Het is begrijpelijk waarom afzien van lasjon hara een levensverlengend effect heeft. Racisten willen dit willens en wetens niet begrijpen. De Tora is revolutionair en voedt de mens onder alle omstandigheden op. Onze vrijheid van meningsuiting is beperkt. Het is verboden een vernederende en geringschattende opmerking over anderen te maken. Als zo’n opmerking op waarheid berust wordt zij lasjon hara genoemd. Berust zij ook maar gedeeltelijk op een leugen dan is dat ‘motsie sjem ra’, karaktermoord. Karaktermoord is vele malen erger dan ‘gewone’ lasjon hara. Racisten doen vaak niet anders. Men kan het niet vaak genoeg herhalen, dat ook op waarheid gebaseerde
opmerkingen lasjon hara zijn. De verdediging luidt vaak “Ja, maar ‘t is waar”. En dat is nu precies wat men beschouwt als een bevestiging van lasjon hara. Men mag de ander niet kwetsen. Onze vrijheid van meningsuiting is dus beperkt.
1933: sterfjaar van de Chafeets Chaim, Hitler komt aan de macht
Hitler begon zijn `Endlosung’, de massamoord op de Joden door hen eerst te belasteren en te beschuldigen van alle kwaad, ze later uit te sluiten en te discrimineren, ze daarna van hun menselijke waardigheid te ontdoen waarna het niet meer moeilijk was om `gewillige moordenaars’ te vinden om het `Joodse ongedierte’ te vernietigen.
Uiteindelijk was al zijn propaganda niets anders dan continue lasjon hara, kwaadsprekerij. Schelden doet geen pijn, is een bekend gezegde. Maar het kan wel leiden tot de meest verwerpelijke vormen van discriminatie. Daarom is de Tora hier zo streng in.
De Chafeets Chaim, Rabbi Jisra’eel Meir Kagan, was een wereldvermaard voorvechter van `alleen goed spreken’ over de medemens en de grote bestrijder van lasjon hara, kwaadsprekerij in de meest brede zin van het woord. Het mag geen toeval heten, dat de Chafeets Chaim in 1933 overleed, in hetzelfde jaar waarin Hitler aan de macht kwam.
Roddel en achterklap is het meest probate middel om racisme te verspreiden. Mensen van een ander ras of een andere groep worden constant negatief neergezet. De Tora richt zich herhaaldelijk uitermate duidelijk tegen dit verderfelijke middel. Ik geef U nog enkele voorbeelden: “Met rechtvaardigheid zal je je naaste beoordelen” (Vajikra/Lev. 19:15). Dit vers gebiedt ons iemand het voordeel van de twijfel te gunnen wanneer we hem iets zien doen, dat negatief of positief begrepen kan worden. Racisten schreeuwen allerlei beschuldigingen in de media en gunnen niemand ooit het voordeel van de twijfel.
Een verhaal kan feitelijk juist zijn maar, omdat het uit z’n verband wordt gerukt, ontstaat een vertekend beeld. Zo ook worden veel dingen in woede gezegd die onder normale omstandigheden nooit gezegd zouden zijn. Daarom is het onjuist hierover een oordeel te vellen.
Samenvattend is de Tora overduidelijk tegen lasjon hara en uitermate voorzichtig met oordelen over de medemens. Er zijn maar weinig culturen, die zo veel nadruk leggen op lasjon hara. De weerstand van de Tora tegen iedere vorm van kwaadsprekerij, is een les voor iedere beschaafde natie.
Optreden tegen racisme; enkele overwegingen
Voor velen is de tweede wereldoorlog nog een keiharde realiteit. Volgens een schatting zullen tot in lengte van dagen nog tienduizenden mensen om hulp vragen in verband met deze grootste ramp aller tijden. Toch lijkt Europa weinig geleerd te hebben. Het oprukkende antisemitisme wordt in veel Europese landen door de Joodse minderheden als zeer bedreigend ervaren. De vraag luidt hoe dit kwaad bestreden moet worden. Moeten we ter bescherming van minderheden ons heil zoeken bij handhaving van wet en recht, waarin de gelijkheid van alle onderdanen ligt vastgelegd ? Ik verwacht weinig van de papieren zekerheid, die zelfs een Europese wet zou kunnen bieden. Het Pamjat-proces in Rusland was een leerschool. Pamjat-leider Konstantin Ostasjvili verstoorde in januari 1990 met een aantal medestanders een bijeenkomst van de joodse schrijversvereniging April. Ostasjvili stond terecht wegens het aanwakkeren van rassenvijandschap maar het proces ontaardde in een nieuwe golf van van rassenhaat. Hij werd de martelaar van de Russische xenofobie.
De geschiedenis heeft geleerd, dat juridische stappen tegen oprispingen van vooroordeel en vreemdelingenhaat weinig uithalen. Alleen opvoeding in de zin van de Chafeets Chaim zal op den duur iets kunnen uitrichten (bron: de citaten over lasjon hara zijn gebaseerd op de werken van de Chafeets Chaim over lasjon hara).
©Dayan mr. drs. R. Evers
1933: sterfjaar van de Chafeets Chaim, Hitler komt aan de macht
Hitler begon zijn `Endlosung’, de massamoord op de Joden door hen eerst te belasteren en te beschuldigen van alle kwaad, ze later uit te sluiten en te discrimineren, ze daarna van hun menselijke waardigheid te ontdoen waarna het niet meer moeilijk was om `gewillige moordenaars’ te vinden om het `Joodse ongedierte’ te vernietigen.
Uiteindelijk was al zijn propaganda niets anders dan continue lasjon hara, kwaadsprekerij. Schelden doet geen pijn, is een bekend gezegde. Maar het kan wel leiden tot de meest verwerpelijke vormen van discriminatie. Daarom is de Tora hier zo streng in.
De Chafeets Chaim, Rabbi Jisra’eel Meir Kagan, was een wereldvermaard voorvechter van `alleen goed spreken’ over de medemens en de grote bestrijder van lasjon hara, kwaadsprekerij in de meest brede zin van het woord. Het mag geen toeval heten, dat de Chafeets Chaim in 1933 overleed, in hetzelfde jaar waarin Hitler aan de macht kwam.
Roddel en achterklap is het meest probate middel om racisme te verspreiden. Mensen van een ander ras of een andere groep worden constant negatief neergezet. De Tora richt zich herhaaldelijk uitermate duidelijk tegen dit verderfelijke middel. Ik geef U nog enkele voorbeelden:
“Met rechtvaardigheid zal je je naaste beoordelen” (Vajikra/Lev. 19:15). Dit vers gebiedt ons iemand het voordeel van de twijfel te gunnen wanneer we hem iets zien doen, dat negatief of positief begrepen kan worden. Racisten schreeuwen allerlei beschuldigingen in de media en gunnen niemand ooit het voordeel van de twijfel.
Een verhaal kan feitelijk juist zijn maar, omdat het uit z’n verband wordt gerukt, ontstaat een vertekend beeld. Zo ook worden veel dingen in woede gezegd die onder normale omstandigheden nooit gezegd zouden zijn. Daarom is het onjuist hierover een oordeel te vellen.
Samenvattend is de Tora overduidelijk tegen lasjon hara en uitermate voorzichtig met oordelen over de medemens. Er zijn maar weinig culturen, die zo veel nadruk leggen op lasjon hara. De weerstand van de Tora tegen iedere vorm van kwaadsprekerij, is een les voor iedere beschaafde natie.